Een grondige psychologische screening als double check bij aanwervingen is de beste garantie om verkeerde aanwervingen te voorkomen. Bovendien zijn het handige instrumenten om een genuanceerd beeld te vormen: ze helpen om hypothesen te toetsen en om groeipotentieel te ontdekken. Tevens vormen de testindicaties richtlijnen voor jobcoaching en loopbaanoriëntatie.
Echter, door de commercialisatie van psychologische testen worden ook testen verkocht waarvan de betrouwbaarheid en voorspellende waarde onvoldoende gevalideerd zijn. Dit is o.a. het geval voor de MBTI die mensen in categorieën indeelt alsook voor de Insights Discovery kleurentest die in het verleden zelfs door de KMO-portefeuille gesubsidieerd werd.
Dergelijke testen zijn een handige manier om mensen in groepjes in te delen. Ze worden veelal gebruikt bij trainingen en opleidingen; door hun éénvoudige benadering geven ze aanleiding tot een grote betrokkenheid en een hoge “face validity”. Echter, voor selectiedoeleinden is het gebruik ervan onverantwoord wegens onvoldoende wetenschappelijke fundering.
Een grondige persoonsevaluatie aan de hand van psychologische testen en gedragsbeoordelingen impliceert dat iedere afzonderlijke test de wetenschappelijke toets doorstaat. Dit veronderstelt dat er voldoende statistische informatie voor de hand is omtrent de consistentie bij herhaalde test-metingen alsook omtrent de correlatie met de toekomstige praktijk.
Een gefundeerd psychologisch onderzoek begint dus steeds met het gebruik van de juiste testen. Daarnaast is het van groot belang dat de resultaten gebaseerd zijn op gestandaardiseerde en zeer uitvoerige metingen om toevalsfactoren zoveel als mogelijk uit te sluiten.
Het interpreteren van testresultaten vereist een minimale vakkennis en ervaring om te voorkomen dat met verkeerde doelgroepen of irrelevante kenmerken wordt vergeleken.
In een professionele praktijk worden enkel testen gebruikt met een hoge betrouwbaarheid bij hertesting (liefst hoger dan .80) en met een gekende voorspellende waarde. De combinatie van wetenschappelijke testresultaten vergeleken met normgroepen waarvan de slaagkansen in de praktijk gekend zijn, leidt doorgaans tot een slaagpercentage van méér dan 90 %.
Bij de MBTI en de Insights Discovery test blijkt in de praktijk dat 50 % van de mensen niet passen in de toepassing van gebruikte categorieën.
Jos Verdonck, Personeelspsycholoog